In de Jaarstukken 2024 is de raad geïnformeerd over de actuele bestuurlijk relevante risico’s. In deze voorjaarsrapportage zijn alleen de risico’s opgenomen die sinds de risico-inventarisatie voor de jaarstukken zijn gewijzigd of nieuw zijn. Per risico rapporteren wij over de kans dat de risicogebeurtenis zich voordoet en het mogelijke financiële gevolg daarvan. Wij doen dat door per risico aan te geven in welke kans- en gevolgklasse het risico valt.

Tabel 18

Kans

Percentage

Gevolg

Omvang

Type

K1

10%

G1

< €0,1 miljoen

S = Structureel

K2

30%

G2

€ 0,1 miljoen - €0,4 miljoen

I = Incidenteel

K3

50%

G3

€ 0,4 miljoen - € 1 miljoen

K4

70%

G4

€ 1 miljoen - €5 miljoen

K5

90%

G5

> €5 miljoen

Het risico 'Het regiesysteem van het Sociaal Domein is via een samenwerkingsconstructie met de NVSI (Nederlandse Vereniging voor Sociale Innovatie) aanbesteed (quasi aanbesteding) (R365)' is vervallen.

Actualisatie risico's

Arrest Didam (R329)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G5, K2, I)

Op 26 november 2021 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen, waarin regels worden geformuleerd waar de gemeente zich aan heeft te houden als zij onroerend goed verkoopt (of verhuurt, uitgeeft in erfpacht of in een recht van opstal). De regels vloeien voort uit het oordeel dat de gemeente daarbij het gelijkheidsbeginsel in acht moet nemen, wat in deze context betekent dat de gemeente transparant moet handelen en in beginsel mededingingsruimte moet bieden. Dat laatste betekent dat (potentiële) gegadigden een gelijke kans hebben om voor aankoop van onroerende zaak in aanmerking te komen. Er hoeft geen mededingingsruimte te worden geboden indien bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop. In dat geval dient het voornemen tot verkoop tijdig voorafgaand aan de verkoop bekend te worden gemaakt. In de bekendmaking dient te worden gemotiveerd waarom slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt.

In november 2024 heeft de Hoge Raad het langverwachte tweede arrest in de Didam-kwestie gewezen (het Didam II-arrest). In dit tweede arrest verduidelijkt de Hoge Raad wat de gevolgen zijn van het niet naleven van de regels uit het eerste arrest van 26 november 2021 (het Didam I-arrest). Met het Didam II-arrest heeft de Hoge Raad verduidelijkt dat een overeenkomst die in strijd met de Didam-regels is gesloten, in beginsel niet nietig of vernietigbaar is. Dergelijke overeenkomsten blijven dus in stand. In dat geval kan echter wel sprake zijn van onrechtmatig handelen van een bestuursorgaan jegens een (potentiële) gegadigde die ten onrechte geen gelijke kans heeft gekregen.

Bij een aantal afgeronde en lopende projecten (vastgoed en grondzaken) is het de vraag of en hoe de gemaakte afspraken passen binnen de door de Hoge Raad gestelde Didam-regels. In dossiers waarin de verkoop en/of juridische levering nog moet plaatsvinden, bestaat het risico dat de gemeente haar contractuele verplichtingen niet kan nakomen (wanprestatie) met als gevolgen vertraging, vergoeding van schade en extra plankosten in verband met begeleiding en juridische ondersteuning. In dossiers waarin de juridische levering al heeft plaatsgevonden bestaat het risico dat een derde de gemeente aansprakelijk stelt op basis van onrechtmatige daad met als gevolgen vergoeding van schade en extra plankosten in verband met begeleiding en juridische ondersteuning. De basisinventarisatie van deze contracten is in 2023 uitgevoerd door een intern team en is extern getoetst en deze is recent opnieuw getoetst. Op basis hiervan heeft recent een nadere kwantificering van de risico’s plaatsgevonden, waarmee het risicoprofiel is gebaseerd op de actuele situatie. In algemene zin wordt hierbij opgemerkt dat kans en impact van het Didam arrest lastig in te schatten zijn, mede omdat dossiers lopend en nog aan verandering onderhevig zijn en er steeds nieuwe ontwikkelingen zijn op het gebied van jurisprudentie en wet- en regelgeving rondom het Didam arrest. De actualisatie laat een lichte daling van het risico zien.

Beheersmaatregel: Behouden van dit risico op basis van een zichtbare onderbouwing (accepteren)
De hele vastgoed- en grondpositieportefeuille is recent getoetst, verder worden van het ontwikkelingen Didam arrest (jurisprudentie) gevolgd. Dit risico wordt periodiek geactualiseerd.

Vervallen risio's

Het regiesysteem van het Sociaal Domein is via een samenwerkingsconstructie met de NVSI (Nederlandse Vereniging voor Sociale Innovatie) aanbesteed (quasi aanbesteding) (R365)

Zorg en werk (G4, K4, I)

De door de NVSI ingeschakelde advocaat heeft geconcludeerd dat er wezenlijke wijzigingen zijn geweest. Dit betekent dat er sprake is van een onrechtmatige situatie vanaf 1 januari 2025 die in strijd is met de aanbestedingswet. Dit levert een risico voor continuering van het gebruik van het huidige regiesysteem. In 2025 wordt gestart met een nieuwe aanbesteding. De financiële gevolgen hiervan zijn verwerkt in deze voorjaarsrapportage.